Project Data Spaces

Het lectoraat RDT participeert sinds begin 2025 in een project over Data Spaces. Het is een Europees project waarbinnen drie pilots over data spaces centraal staan, alle drie voor “Smart Sustainable Cities and Communities”. De korte naam waaronder het project bekend staat is CitizenCity. Naast een pilot bij de Gemeente Eindhoven is er een pilot in Oulu (Finland) en een in de provincie van Álava (Spanje). Voor de ontwikkelingen op het gebied van data spaces binnen Europa volgen we binnen het project de blueprints van het Data Spaces Support Centre, de overkoepelende organisatie waaronder data spaces ontwikkeld worden in Europa (dssc.eu). Het wordt gefinancierd door de Europese Commissie als onderdeel van het Digitale Europa Programma en ondersteunt bedrijven en de publieke sector in het creëren van data spaces.

Een van de domeinen waarin een data space opgezet wordt is ‘Data Space for Smart Sustainable Cities and Communities’, waaronder ons project dus valt. Wij zullen ons gezien het Nederlandse recht in eerste instantie vooral richten op de pilot in Eindhoven, welke zich als doel gesteld heeft een “Positive Energy District” te willen zijn. Met gebruik van data platforms en apps is de ambitie om de doelen van de energietransitie te behalen voor de stad. Dat kan bijvoorbeeld behaald worden door bestaande huizen te transformeren van gas naar nieuwe energiebronnen en nieuwe huizen energieneutraal te bouwen. Een data space kan inzicht creëren in het energiegebruik door middel van data uit verschillende databronnen, waaronder bijvoorbeeld (geagregeerde) gegevens van energieleveranciers en uit buurtapps, om zo bij te dragen aan een efficiënter energieverbruik.

Het DSSC omschrijft data space als: “A distributed system defined by a governance framework that enables secure and trustworthy data transactions between participants while supporting trust and data sovereignty. A data space is implemented by one or more infrastructures and enables one or more use cases."

Het lectoraat RDT werkt binnen dit project nauw samen met Fontys ICT, de kartrekker voor dit project vanuit Fontys. De opdracht die er vanuit het project ligt, is namelijk zowel technisch als juridisch van aard. Voor data spaces geldt namelijk dat zij aan zowel technische als juridische vereisten moeten voldoen. Maar hoe moet dit voor specifieke data spaces gecontroleerd worden? Hiervoor moeten wij voor zowel de technische als voor de juridische vereisten een methodologie ontwikkelen. Na het ontwikkelen van de methodologie moeten we op basis van de pilots gaan kijken of we deze methodologie ook toe kunnen passen, en kunnen vaststellen of de genoemde pilots aan zowel de technische als de juridische vereisten (kunnen) voldoen. Voor het juridische deel is door het DSSC een enorme lijst van wetgeving in kaart gebracht die mogelijk relevant is voor data spaces. Denk hierbij o.a. aan IE-regelgeving, AVG, AI-Act, DSA, DMA etc.

Het eerste deel van de methodologie die wij aan het ontwikkelen zijn, heeft zich erop gericht om al deze wetgeving systematisch in kaart te brengen. Doel is om vast te stellen wanneer en voor wie de bepalingen uit deze kaders precies gelden en wat voor juridische vereisten er voor data spaces uit deze kaders volgen. Ofwel, waar moet een specifieke data space allemaal aan voldoen? Dat is de eerste stap in het proces om dit vervolgens te kunnen toetsen in de pilot projecten. Hoewel de European Health Data Space niet van toepassing is op de pilot projecten – deze gaan niet om gezondheid – geven de ontwikkelingen rondom deze data space wel enige houvast voor ons project, omdat het om een soortgelijk construct gaat op Europees niveau en deze data space een voorloper is. Om die reden zal het lectoraat ook deze data space nader onderzoeken, om hieruit lessen te trekken voor het onderhavige project. De leden van het lectoraat RDT hebben ieder een inventarisatie gemaakt van een bepaald deel van de relevante EU-wetgeving.